Spelen, spelen, spelen

Als muzikant heb ik het altijd een enorm cool iets gevonden dat (een groot deel van) mijn werk valt onder de noemer spelen. Ik speel in bands, ik speel handpan, ik speel drums, en op de vraag wat ik dit weekend doe kan mijn antwoord zijn: ik moet (of mag, of ga) spelen.

Nou geldt natuurlijk niet voor iedereen dat spelen de noemer is voor wat je als werk doet. Nou hoop ik dat het in praktische zin wel geldt. Dat er speelruimte, ruimte tot improvisatie is in hetgeen dat je doet. Dat mijn werk grotendeels valt onder de noemer spelen, betekent nog niet perse dat er altijd speelsheid aanwezig is. Als je een dag wat minder zin hebt, kan het iets meer voelen als moeten (en dat is ook helemaal prima). Daarnaast is het soms ook nodig om even stug te studeren op iets voordat je er echt mee kan spelen.

Fulltime muzikanten hebben allemaal periodes gekend waarin de speelsheid in hun spel even helemaal weg leek te zijn. Zoals vrijwel alles in het leven is ook hier een golfbeweging zichtbaar, met soms een enorme berg aan inspiratie en motivatie, en soms ook even periodes dat dit wat minder is. Spelen is dus geen gegeven, maar wel iets om actief mee bezig te zijn. Ik hoop dat deze blog je helpt om de speelsheid in jouw spel te versterken.

Flow

Ik heb het vaker geschreven in eerdere blogs, en heb er zelfs een hele blog aan gewijd: flow. Flow is wat ik zoek in mijn spelen, of dat nou gaat om thuis spelen of om optredens. Dat klinkt makkelijk, maar is het zeker niet altijd. Er zijn allerlei zaken die in de weg kunnen zitten, van kleine en onbenullige dingen tot terechte zorgen. Zo kan tijdens het spelen bedenken dat je nog chocola moet kopen vrij onhandig en onnodig voelen (hoe lekker chocola dan ook is), maar kan je zorgen maken om een geliefd persoon een veel meer terechte afleiding creëren (waar je ook moeilijker even niet aan kan denken). Altijd flow bereiken in je spel is dan ook een illusie. Dat neemt niet weg dat het streven ernaar ontzettend waardevol is.

De theorie achter flow is op gebied van spelen en speelsheid een interessante toevoeging. Als je de onderstaande afbeelding bekijkt, zie je deels waar je niet terecht wil komen. De gebieden van boredom (verveling) of anxiety (angst). Zo kan te weinig speelsheid – te weinig spelen met wat je beheerst – ervoor zorgen dat je spel ontzettend droog en repetitief gaat aanvoelen. Daarmee loop je het risico dat je spel in de boredom-hoek terecht komt. Andersom kan teveel spelen, zonder gedegen ondergrond, ervoor zorgen dat je het niet uit je vingers krijgt of steeds uit de bocht vliegt. Anxiety is wellicht een wat sterke term voor wat je dan ervaart als je dit doet vanuit je veilige thuisomgeving, maar dat is de hoek waar je dan terechtkomt. Een goede balans tussen studeren en spelen zorgt ervoor dat je in dat grijze gebied blijft.

Flow in spelen

Studeren vs. spelen

Het overkoepelende thema van de afgelopen blogs is de rust en balans vinden in handpanbeoefening. De invalshoeken zijn verschillend, maar allen hebben ze als doel om je te helpen om de juiste verhoudingen te vinden in je spelen. Deze blog heeft als hoofdopdracht: vergeet niet te spelen, en de speelsheid te blijven zoeken in jouw spel. Dat neemt natuurlijk niet weg dat studeren ontzettend belangrijk is. Studeren zorgt ervoor dat jij als speler groeit, en nieuwe input krijgt. Zonder die input wordt alles uiteindelijk saai en eentonig. Het omgekeerde kan ook waar zijn: zonder spelen, zonder vrije ruimte kan je spel ook saai en eentonig worden: je speelt door je studeren wel steeds iets nieuws, maar het komt nooit echt van de grond als je er niet mee speelt.

Klassieke musici

Ik hoor geregeld beginnende handpanspelers benoemen wat voor herinneringen ze hebben aan muziekles lang geleden. Muziekles met een vrij klassieke invalshoek, waarbij van blad spelen en muziektheorie leidend zijn. Soms slaan die herinneringen door in een negatief beeld van bladmuziek, of het spelen van blad. (hierover schreef ik eerder al een blog) Zo komt de gemiddelde klassieke musicus er niet goed vanaf, die doorgaans toch een groot deel van hun spelen van blad doen.

Toch is ook in de setting van van blad spelen genoeg speelsheid te ontdekken. Ook al dien je je te houden aan wat geschreven staat, ook daar is ontzettend veel eigens mee doen. Vergelijk het met het voorlezen van een boek: je zegt woord voor woord wat geschreven staat. Toch kan door intonatie, tempo, pauzes, en stemmetjes bij karakters ontzettend veel eigenheid worden gegeven aan die vaste tekst.

Met geschreven muziek is het niet anders, en die speelsheid is nou juist wat eigenheid geeft aan jouw spel. Vanuit dit beeld is een hoop te leren van hoe een klassiek musicus speelsheid benadert. Speelsheid in je spelen betekent dus ook zeker niet dat je de oefening ontzettend moet aanpassen, of vrijwel volledig los moet laten. Het kan zitten in simpele kleine aanpassingen als spelen met tempo en dynamiek. En daarmee is speelsheid ook zeker niet een gevorderd iets. Vanaf de eerste stappen kan je al op zoek gaan naar eigenheid in je spel. Je kan dus vanaf stap 1 gaan spelen met de oefening. Een mooie balans zoeken tussen die twee is een groot goed!

Plannen

Het is natuurlijk te gek om een leven te leiden waarin niet teveel gepland wordt. Toch ontkom je er niet aan dat dit soms wel moet gebeuren. Ondanks het soms ietswat suffe karakter van plannen kan het toch ook in je spelen veel opleveren. Als je je spelen altijd gewoon laat gebeuren, loop je het risico om steeds maar in dezelfde rondjes te spelen. Voor de één zal dat betekenen dat studeren de overhand krijgt, en ermee aan de haal niet echt de ruimte krijgt. Voor de ander zal het precies andersom zijn. In beide situatie kan het dus een enorme plus zijn om hier wat bewuster mee om te gaan. Door dit te plannen geef je beide facetten de ruimte, wat je speelplezier enorm zal vergroten.

Als je dus een uur hebt om te spelen, bedenk dan van te voren goed wat je voorbij wil laten komen. In het geval van een uur zou een mooie opzet zijn:

  • 20 minuten besteden aan het repeteren van waar je mee bezig bent. Het herhalen en verfijnen van de oefeningen waar je mee bezig bent. Dit is het meest droge deel, als je alleen dit zou doen zal je spel wat saai kunnen worden. Toch is het belangrijk: zonder dit creëer je geen gedegen basis.
  • 20 minuten besteden aan nieuw studiemateriaal. Een nieuwe oefening die je nog eerder hebt behandelt. Ook kan het een oefening zijn die je sindskort aan het doen bent, maar nog niet meester bent. Dit is een deel waarbij focus een vereiste is, iets nieuws leren vraagt tenslotte om aandacht. Ik zou dit deel dus niet als laatste doen, dan is je focus vaak al wat minder. Doe je dit teveel, dan loop je de kans om in de anxiety/stress kant van bovenstaande afbeelding terecht te komen. Je blijft dan steeds net niet je doel bereiken.
  • 20 minuten besteden aan vrij spelen. Hierin mogen patronen uit de vorige 40 minuten uiteraard voorbijkomen, maar probeer altijd om daar iets eigens mee te doen. Dit kan klein zijn (spelen met tempo bijvoorbeeld), of groter (de melodie van een patroon volledig omgooien). Alles kan, de voorwaarde is enkel dat je gaat spelen met de materie.

Spelen spelen spelen!

Dat brengt ons terug bij de kop van deze blog. Je kan deze dus op verschillende manieren interpreteren. Ik speel het grootste deel van mijn leven. Toch zijn er periodes dat ik weinig aan het spelen ben binnen mijn spelen. Soms is dat ok, soms zelfs onvermijdelijk, maar je hebt zeker invloed op de hoeveelheid speelsheid in je spelen. Hopelijk helpen bovenstaande tips om de speelsheid in jouw handpanspel goed op peil te houden. Ik wens je veel plezier met spelen!

Spelen
Wil je de op de hoogte gehouden worden van deze blogs? Meld je dan hier aan.
Log in om de volledige inhoud te lezen. (Heb je nog geen videolespakket? Je kunt hier een pakket kiezen!)